Meelwormen
Sst, ik heb iets gekocht. Het is zoiets wat je niet aan je moeder kunt vertellen. Zoveel geld geeft een mens niet uit aan… meelwormen! Van de herfst stond ik er al verlangend naar te kijken: o wat zullen de roodborstjes dát lekker vinden! Maar het prijskaartje past echt niet bij mijn opvoeding. Ik word ermee geplaagd door vrienden ze neuriën dan het liedje: ‘Even aan mijn moeder vragen’. Maar nu kon ik het toch echt niet laten…
Op mijn terras is het een komen en gaan van een bont gezelschap. Het tuinkastje is vaak het middelpunt van de mussenclan, die zonder enig decorum in de schaal met zaden ploft. Dit bruingrijs wordt afgewisseld met de subtiele zalmtint van de tortelduif of de statige grijze tinten van de houtduif. De vetbollen aan de pergola zijn het centrum van kleur door de pimpelmezen die zich, met veel meer beschaving dan de mussen, aan de dis wijden. Het schattige vogelhuisje is gevuld met zonnebloempitten en de koolmezen komen maar wat graag een pitje halen. Op de grond scharrelt nog een bruingrijze kleur rond met een rood spits snaveltje in de vorm van de heggemus. Deze scharrelt al de kliekjes bij elkaar. In de grote voerdersilo zit een havermoutmix en die voegt de laatste kleur toe aan het vogelpalet; het is de roodborst. Verlegen als hij is, komt hij heel af en toe dichtbij om een havermoutje mee te pikken. Dat hij (of zij) verlegen is klopt niet helemaal hoor. Roodborstjes zijn vooral niet gesteld op gezelschap. Roodborstjes zijn zelfs uitgesproken agressief. Territoriums worden fel verdedigd, soms wel tot bloedens toe, tegen soortgenoten. Gek eigenlijk, want naar ons komt hij heel lief en aanhankelijk over. Zeker in de winter komt hij graag een kijkje nemen als ik in de tuin aan het rommelen ben. Al heeft dat natuurlijk meer te maken met zijn hoop dat met mijn gerommel een sappig insect te voorschijn komt. En daarom dus ook die meelwormen, het leek me echt geweldig. Maar, het wil nog niet echt lukken. Het kleine schaaltje met smakelijke meelwormen is nog niet één keer door hem bezocht! Weetje wat trouwens bijzonder is bij roodborstjes? Ook het vrouwtje zingt. Meestal zijn het mannetjesvogels die zijn gezegend met gouden stembanden, maar bij roodborstjes dus ook de dames. De zang die we horen in het voorjaar is vaak van het mannetje, die het kluizenaarsbestaan voor een vrouwtje wel even een paar maanden wil opgeven. Het vrouwtje hoor je ’s morgens vroeg zingen om de grenzen van haar koninkrijk aan te geven. En dat hoor je ook nog steeds in de herfst, alleen is dan de zang iets rustiger, een beetje melancholisch om de territoriums te duiden. Het is dan best druk want niet alleen de volwassen roodborstjes zingen, ook de pubers hebben hun plekje al veroverd en laten dat horen…
Hé, ik zie beweging bij het schaaltje meelwormen… O helaas, het is de koolmees die de lekkere snack heeft ontdekt! Met lede ogen zie ik hoe in rap tempo het schaaltje wordt verschalkt door een stel koolmezen. Zucht, nu kan ik het al helemaal niet meer aan mijn moeder vertellen…
